Steeds meer last van ganzen en zwanen langs Veluwemeer: „Het rijst de pan uit”

DRONTEN - Landbouw, recreatie en natuur rond het Veluwemeer ondervinden steeds meer overlast van het sterk toenemende aantal ganzen en zwanen. De gemeente Dronten is ervan op de hoogte, maar wijst erop dat de problemen alleen effectief kunnen worden aangepakt op provinciaal of landelijk niveau.

De gemeenten Nunspeet en Zeewolde wachten de maatregelen van provincies en Rijk niet af. Zij voeren op verschillende niveaus gesprekken over de aanpak van het probleem. In Dronten zijn ze blij met dat initiatief van de buurgemeenten: „Zij geven een goed signaal af.” De gemeente Dronten belooft in actie te komen als het aantal meldingen ook hier significant toeneemt: „Dan zullen wij ons ook inspannen om een goede oplossing te vinden.”

Voorzitter Arnold Michielsen van LTO Noord in Flevoland denkt dat de gemeente Dronten nu al actiever kan zijn, bijvoorbeeld door de recreatiesector te ondersteunen. „Want het rijst de pan uit”, weet de landbouwvoorman uit Dronten. 

Schieten

Op dit moment kan een boer in Flevoland een jager bellen als er schade is. Daarnaast worden er in deze provincie nog weinig maatregelen genomen. In omringende provincies gebeurt dat wel. Michielsen noemt daarbij onder andere het eierprikken.

De uiteindelijke oplossing ligt echter op landelijk en misschien zelfs Europees niveau. Daarover is Michielsen het wel eens met de gemeente Dronten. „We moeten met elkaar kijken wat je acceptabel vindt. Je zou moeten kijken: wat is de minimale hoeveelheid dieren die je nodig hebt om de soort in stand te houden. Maar daarnaast zou je ook moeten zeggen wat er maximaal kan.” 

‘t Liefst ziet de Drontenaar dat er bijtijds wordt ingegrepen: „Want het is niet erg populair om de populaties zó groot te laten worden, dat je ze vervolgens moet afschieten.”

Wie ondervinden schade?

De schade ontstaat vooral op weidegronden. Michielsen: „Het komt er op neer dat ze het voer van de koeien opvreten. Dat betekent dat de boer weer voer moet kopen voor zijn koeien. En daarvoor laat hij natuurlijk het gras niet groeien.”

Ook de mest is een probleem. „Uit mijn hoofd gezegd kun je tien ganzen vergelijken met één koe. En je praat over duizenden ganzen”, zegt Arnold Michielsen. Hij vindt dat ganzen en zwanen moeten worden meegenomen in de stikstofdiscussie.

Schade melden

De LTO-voorzitter roept agrariërs in ieder geval op om schade te melden: „Want dat gebeurt nog niet altijd. Die meldingen heb je nodig om beleid te ontwikkelen en op te kunnen treden.” De voorzitter is het niet eens met berichten dat het melden van schade ingewikkeld is: „Dat is een hardnekkig misverstand, want dat is door de jaren heen enorm vereenvoudigd.”

Vanuit Nunspeet en Zeewolde wordt samengewerkt met recreatieondernemers langs het Veluwemeer. LTO Noord doet dat nog niet, maar overweegt het wel. „Want we weten uit ervaring dat het helpt als veel meer mensen ergens last van krijgen. Dan kun je gezamenlijk zeggen: we moeten hier iets aan doen.”