OV-ambassadeur Rob Bos: „Je houdt mensen mobiel, dat maakt het werk zo leuk”

DRONTEN – Welke reactie hij het meest hoort? „Is het echt zó simpel?!” Rob Bos (82) is al bijna twintig jaar OV-ambassadeur. Hij weet inmiddels precies waar zijn belangrijkste doelgroep, de ouderen, tegenaan loopt als ze met het openbaar vervoer willen gaan reizen. „De grootste drempel is de aanschaf van die OV-chipkaart. Mensen zijn vaak niet digitaal vaardig en weten niet hoe het moet. Met wat uitleg help je mensen op weg, je houdt ze mobiel, dat maakt het werk zo leuk.”

Al twintig jaar vertelt hij mensen over het OV en voorlopig houdt zijn werk nog niet op, weet hij. „Er komen steeds weer mensen bij die niet meer mogen rijden, of die toch liever niet meer met de auto naar dat drukke westen gaan.”

Hij ziet dat ook ouderen zoetjesaan wat gemakkelijker de computer gebruiken. „Toch merk je dat mensen onzeker zijn. En zo’n pasfoto uploaden, dat gaat veel senioren nog steeds te ver. Gelukkig kan het ook nog steeds op papier. Mensen zijn vaak heel blij als ze van ons uitleg en een envelop met het formulier krijgen.”

Schoolreisje voor bejaarden

Bos bemant inloopspreekuren, telefonische spreekuren en houdt praatjes voor ouderen- en vrouwenverenigingen. „De afgelopen tijd lag bijna alles stil. We konden alleen de telefonische spreekuren nog doen. Nu kunnen we gelukkig weer meer.” 

Daar horen bijvoorbeeld ook de proefreisjes bij. „Dan gaan we met een clubje een ritje maken met bus en trein om mensen te laten ervaren hoe dat is. Vaak is het net een schoolreisje voor bejaarden, ze vinden het hartstikke gezellig. Er is, door corona, een wachtlijst ontstaan, die werken we de komende periode weg.”

Bezig blijven

De inwoner van Dronten startte zijn vrijwilligerswerk tijdens de overgang van de strippenkaart naar de OV-chipkaart. „Ik hoorde dat ze mensen zochten voor het geven van voorlichting en informatie. Ik reis graag met de trein en bus en wilde me daar wel voor inzetten. Bovendien moet je bezig blijven als je gepensioneerd bent, vind ik.” 

Hij meldde zich, deed de opleiding en struinde heel Nederland af om in zaaltjes en buurthuizen voorlichting te geven. „De introductie viel samen met een grote bezuiniging in het openbaar vervoer. Dan sta je opeens voor tweehonderd man in een zaal in Epe die vooral boos zijn dat er buslijnen verdwijnen. Dan kun je wel zeggen dat je daar niet verantwoordelijk voor bent en niets kunt doen, dat je alleen maar voorlichting geeft, maar die sessie hebben we af moeten breken.”

Genoeg werk

Over het algemeen waren de bijeenkomsten vooral gezellig. Het ministerie dacht dat na vijf jaar iedereen wel genoeg geïnformeerd was en stopte het project. Rob Bos wist wel beter. „Ik werd nog steeds veel gevraagd voor informatiebijeenkomsten. We zijn met een man of acht doorgegaan in de provincie Overijssel. Daar hebben Flevoland en Gelderland zich later bij aangesloten. En er is steeds genoeg werk te doen geweest.”

Vrijwilligers die als OV-ambassadeur aan de slag willen zijn altijd welkom, vertelt Bos. „Het is een gezellige club mensen. Een keer in de zes weken komen we bij elkaar om nieuwe ontwikkelingen en ervaringen door te spreken en één keer per jaar gaan we een dagje weg. Met de trein en de bus, ja!”

Dolgelukkig

Dat de onbekendheid met het openbaar vervoer mensen thuis houdt vindt hij jammer. „Mensen zijn vaak dolgelukkig als ze weten hoe het werkt en ze weer mobiel zijn. Familie woont vandaag de dag vaak niet meer om de hoek. Soms wil de man niet meer de hort op, maar zijn vrouw wel. Als die dan met de OV-chip heeft kennisgemaakt en met vriendinnen een dagje weg kan, dan maakt dat echt verschil. Daar doen we het voor.”

Op woensdag 1 september wordt het eerstvolgende inloopspreekuur van de OV-ambassadeurs in Dronten gehouden. Van tien tot twaalf kan iedereen met vragen over de OV-chipkaart of de werking van de ov terecht in De Meerpaal. „En wie zich wil melden als vrijwilliger, dat kan daar ook.”