Lykele Zwanenburg ontdekt paddenstoel in Wisentbos: „De gouden vondst van de dag”
AlgemeenDRONTEN - Lykele Zwanenburg is oud-boswachter en vrijwilliger bij Staatsbosbeheer. Dinsdag zag hij tijdens een wandeling in het Wisentbos iets goudgeel glinsteren in een open strook bos. Het bleek een nog niet eerder waargenomen soort paddenstoel te zijn.
„Ik dacht: dat zijn geelgekleurde bladeren”, vertelt Zwanenburg, „Toch nieuwsgierig geworden ben ik naar die open strook gelopen om te kijken. En ik zag een groep kleine en grote paddenstoelen. De grootste paddenstoel had een grote hoed met een middellijn van 30 centimeter. De hoogte was 15 tot 20 centimeter.”
„Ik was zeer verrast. Ik kende deze soort niet, dus heb ik een beroep gedaan op de bekende mycologen Gerrit en Yvonne van Duuren uit Dronten. We zijn met z’n drieën wezen kijken. Ook Gerrit en Yvonne hadden deze paddenstoelensoort nog nooit eerder gezien. We zagen dat onder de hoed plaatjes aanwezig waren, dus het was een plaatjeszwam, maar welke?”
Zeldzaam
Het drietal nam een paddenstoel mee voor nader onderzoek en ze staken veel tijd om aan de weet te komen welke soort het was: „Het bleek het om de zeldzame goudhoed te gaan: phaeolepiota aurea.”
De tweede Latijnse naam aurea staat voor goud. „Het was voor mij en voor Gerrit en Yvonne de gouden vondst van de dag. Het was een prachtig natuurmoment om de goudhoed te zien schitteren in de laatste zonnestralen van de dag in het Wisentbos”, glundert Lykele.
Over de goudhoed
De goudhoed groeit in de maanden september tot en met november. Hij is te vinden op voedselrijke klei en zandgrond, in parken, loofbossen en ruigten. Bij jonge paddenstoelen van de goudhoed zijn de plaatjes onder de hoed beschermd door een vlies (velum). Als de hoed groter wordt springt het vlies open en zijn de plaatjes zichtbaar. De hoed is bolvormig tot gewelfd en heeft een bruine ring om de steel.
Lykele Zwanenburg: „Het is een prachtige paddenstoel, vooral als de zon op de okergeel tot geel kleurende hoed schijnt. Zijn status is zeldzaam en dit is de eerste waarneming voor het Wisentbos.”
