Tuincentrum was ‘rotte kies’ middenin Dronten en die wordt eindelijk getrokken
AlgemeenDRONTEN - De hele gemeenteraad is blij dat er eindelijk bebouwing komt op de plek van het voormalige tuincentrum De Boeg. „Bijna acht jaar…”, verzuchtte Willemien Wever (CDA), „Het is te lang een lelijke plek geweest.”
De gemeenteraad boog zich vanavond over de wijziging van het bestemmingsplan, die het mogelijk moet maken om woningen te bouwen op het perceel aan De Zuid. Paul Gach (VVD) noemde het een goede ruimtelijke invulling, die aansluit bij de omgeving: „De rotte kies uit dat gedeelte van Dronten wordt weggehaald. Daar kan ik me goed in vinden.”
Meer groen?
Paul Vermast (GroenLinks) ging een stapje verder. Hij had het over ‘een mooie kroon’ op de plek van die rotte kies: „En het zou nòg mooier zijn als er wat groen wordt toegevoegd. Want er is veel groen verdwenen bij de sloop van het tuincentrum en de reconstructie van De Zuid.” Jan Ammerlaan (Leefbaar) was het daarmee eens: „Met meer groen kunnen we de sfeer van het oude tuincentrum wat laten terugkomen.”
Wethouder Roelof Siepel (ChristenUnie) vertelde dat de huizen aansluiten bij de omliggende bebouwing en architectuur. Dat verklaarde meteen waarom niet iedereen even enthousiast was over die architectuur. „Niet het meest spannende ontwerp”, treurde SP’er Peter Duvekot. Willemien Wever noemde het ‘ingetogen’.
Bedrijfswoning
ChristenUnie en GroenLinks vonden dat de voormalige bedrijfswoning van het tuincentrum niet helemaal past in het nieuwe plan. „Twee huizen naast elkaar die er totaal verschillend uitzien”, klaagde Michel Degenhardt van de ChristenUnie.
Volgens de wethouder kàn deze woning vervangen worden door een twee-onder-eenkapper of kan de naastgelegen twee-onder-eenkapper vervangen worden door een vrijstaande woning. In die gevallen zou er een beter geheel ontstaan.
De puntjes van kritiek namen niet weg dat de raad unaniem akkoord gaat met wat Rob van der Schans van D66 een ‘buitengewoon mooi en evenwichtig plan’ noemde. „Zo snel mogelijk doen”, riep Peter Duvekot.
